U moet een melding doen of een vergunning aanvragen voordat u ergens een tijdelijk bouwwerk plaatst. Soms moet u ook een melding doen als u het bouwwerk gaat gebruiken.
De brandweer controleert of u zich aan de regels houdt en geeft u adviezen over brandveiligheid.
Een tijdelijk bouwwerk is een bouwwerk dat maximaal 15 jaar op 1 plek staat. Voorbeelden van tijdelijke bouwwerken zijn: een noodlokaal bij een school, een bouwkeet, een noodwinkel, een strandpaviljoen en een noodwoning.
Een bouwwerk moet passen in de omgeving en het moet voldoen aan technische eisen. Dit geldt ook voor een tijdelijk bouwwerk. De regels zijn wel minder streng voor een nieuw tijdelijk bouwwerk dan voor een nieuw blijvend bouwwerk.
Meestal moet u alleen een melding doen als u een tijdelijk bouwwerk gaat plaatsen. Soms moet u een vergunning aanvragen. U moet bijvoorbeeld een vergunning aanvragen in de volgende gevallen:
In sommige gevallen moet u ook een melding doen voordat u een tijdelijk bouwwerk gaat gebruiken. Dit geldt in de volgende gevallen:
Gaat u een nieuw tijdelijk bouwwerk bouwen? Dan moet u misschien een kwaliteitsborger inhuren. Een kwaliteitsborger controleert of het bouwwerk technisch goed genoeg is. Een kwaliteitsborger is verplicht bij bijvoorbeeld een tijdelijke:
Een tijdelijk bouwwerk mag maximaal 15 jaar op 1 plek staan.
Zo doet u een melding of vraagt u een vergunning aan:
Voordat u het tijdelijke bouwwerk gaat gebruiken, moet u contact opnemen met de brandweer.
Een melding doet u minimaal 4 weken voordat u het tijdelijke bouwwerk plaatst. Moet u ook melden dat u het bouwwerk gaat gebruiken? Dat doet u minimaal 4 weken voordat u het gaat gebruiken.
Voor een vergunning is meer tijd nodig. De gemeente neemt binnen 8 weken een beslissing over uw vergunningaanvraag. Deze termijn mag de gemeente eenmaal verlengen. U mag pas met bouwen beginnen als u de vergunning heeft gekregen.
Op de hoogte blijven? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief.