Een toren vol ridders, schelmen en carnavalisten
De Schelmentoren is één van de oudste overgebleven gebouwen uit middeleeuws Heerlen. Oorspronkelijk was het een vestingstoren, daarna een gevangenis en schepenbank. De laatste jaren deed hij dienst als thuisbasis voor stadscarnavalsvereniging de Winkbülle. Aan het einde van dit Erfgoedjaar opent de toren zijn deuren als een publiek toegankelijke locatie, zodat zijn bijzondere geschiedenis toegankelijk en zichtbaar wordt voor het publiek.
Een unieke plek vol ridder- en schelmenverhalen
Aan de Schelmentoren van Heerlen kleven spannende verhalen. De Heren van Ahr-Hochstaden hadden het er voor het zeggen. En schelmen en bokkenrijders hebben er gevangen gezeten. Heerlens stadshistoricus Anouck van Aalst richt de middeleeuwse toren momenteel samen met een team in als museum, waarin je je kunt onderdompelen in de functies die de toren in de loop der eeuwen heeft gehad.
Donjon
“Eigenlijk werd altijd gedacht dat de Heren van Ahr-Hochstaden de Schelmentoren in de 12e eeuw hebben gebouwd als een ‘donjon’ of versterkte woontoren”, vertelt Anouck. “Er is alleen geen bewijs van bewoning. Het zou dus ook zo kunnen zijn dat de Schelmentoren alleen maar een verdedigingstoren was. Achter de Pancratiuskerk is nog een origineel stukje van de middeleeuwse muur terug te zien.”
In het cachot
“De schelmentoren is wel gebruikt als gevangenis. En het is heel goed mogelijk dat hij dienst heeft gedaan als schepenbank”, vervolgt Anouck, “Schelm is een oud-Nederlands woord voor crimineel en in de kelder bevonden zich kleine cellen of cachotten. Daar werd je in gegooid als je bijvoorbeeld voor dronkenschap was opgepakt en je roes moest uitslapen. Of als je moest wachten op je proces als je iets verkeerds had gedaan. Aan de hand van processtukken, die bewaard zijn gebleven, kunnen we een goed beeld vormen van de normen en waarden in die tijd. Als je iemand bijvoorbeeld zure wijn had verkocht, dan moest je aan de schandpaal voor het oog van het dorp een hele fles van die zure wijn opdrinken. Zo simpel als zo’n eerstraf vandaag de dag misschien lijkt, in die tijd kon het een doodvonnis zijn als je niet meer gerespecteerd werd door het dorp en buiten de gemeenschap kwam te staan.”
“In de 18e eeuw zijn de cachotten naar de bovenste verdieping verhuisd”, besluit Anouck. “Van daaruit was namelijk het minder makkelijk om uit je cel te ontsnappen. Het was echter niet onmogelijk. Een aantal vermeende bokkenrijders is het toch nog gelukt om te ontsnappen. Daarbij hebben zij de cipier om het leven gebracht.”
Open voor publiek
In december opent de Schelmentoren zijn deuren voor het publiek en kan iedereen aan de hand van authentieke voorwerpen en multimedia kennismaken met de functies die de toren in de loop van de eeuwen heeft gehad: van verdedigingspost en gevangenis tot cultureel erfgoed.